Kenia

Kennismaking met Kenia

De Republiek Kenia (Jamhuri ya Kenya) heeft een oppervlakte van 569.259 km2 en daarop leven nu ongeveer 30,2 miljoen mensen. De officiële talen die het meest door deze mensen wordt gesproken zijn Swahili en Engels. De grote hoofdstad Nairobi bevindt zich in het zuiden van Kenia, maar andere grote steden zijn ook wel Mombasa, Kisumu, Eldoret en Nakuru. Kenia is een land dat precies op de evenaar ligt en wordt daarbij omringd door de landen Somalië, Ethiopië, Soedan, Oeganda en Tanzania. Ook is het verbonden met de Indische Oceaan in het zuidoosten en in het zuidwesten met het zeer grote Victoriameer, dat compleet uit zoet water bestaat. Kenia is tot 1963 een kolonie geweest van Engeland en heeft ook veel invloed van de Arabische landen gekend in tijden van de slavenhandel. Sinds Kenia een onafhankelijke republiek is, zijn er vele dingen veranderd en is er een vestiging van de Verenigde Naties en vele andere internationale bedrijven. Toch zijn nog niet alle problemen de wereld uit, omdat het gebukt gaat onder grote milieuproblemen en er een groot contrast is tussen rijk en arm.

 

 

Klimaat en landschap

Kenia ligt op de evenaar en heeft een warm en droog klimaat. De temperatuur is vrijwel het hele jaar door hetzelfde. In de bergen is de gemiddelde temperatuur veel lager dan op de savannes. Het regent vrij weinig en de regen die valt, valt dan ook nog in de twee regenseizoenen, de moessons die afkomstig zijn van de Indische oceaan. Een relatief korte  regenperiode tussen maart en mei en wat langere tussen eind oktober en december. Als de regen komt, is het hele land in paraatheid, omdat in deze tijd het beste landbouw gehouden kan worden. Het deels uitblijven van de regen heeft dus ook catastrofale gevolgen voor de landbouw, zoals tijdens de grote droogte na de heftige El Ninó van 1998. 

Een groot deel van het zuiden van Kenia bestaat uit uitgestrekte vlaktes met in het westen een grote bergrug. De bekendste vlaktes zijn van het Masai Mara National Reserve. Het reservaat huisvest de grootste concentratie grote zoogdieren op aarde. Het grootste reservaat is het Tsavo National Park. Deze streek met grote vlaktes ligt in het droge noorden en noordoosten van Kenia. In een woestijnachtig gebied dat tweederde van de totale oppervlakte van Kenia beslaat, bevindt zich veel woestijnvegetatie met lage struiken en planten. Hier leven veel herders, die met hun vee van de ene drinkplaats naar de andere trekken.

Kenia heeft een lange kust aan de Indische oceaan, met prachtige stranden afgewisseld door mangroven. Het land beschikt daarnaast ook over een zeer diverse flora en fauna. Natuurlijke rijkdommen die van wezenlijk belang zijn voor de toeristenindustrie. Deze natuurlijke rijkdommen worden beschermd d.m.v. het creëren van beschermde reservaten. Het Nairobi National park was het eerste park van Kenia. Er zijn inmiddels over heel Kenia verspreid meer dan 58 nationale parken en reservaten, wat een 7,5 % van Kenia’s grondgebied beslaat. Buiten deze reservaten gaat het er minder goed aan toe met de bescherming van deze natuurlijke rijkdommen. Bij delen van de bevolking, waar niet veel rijkdom aanwezig is, worden veel dieren als indringers gezien. Er worden veel bomen gekapt voor het creëren van nieuw landbouwgrond. Niet te vergeten de explosieve visvangst in het Victoriameer. Dit is natuurlijk niet geheel onbegrijpelijk, omdat ook deze mensen voor voedsel moeten zorgen, net als wij. Veel verschillende projecten van over de hele wereld worden er opgezet om samen met deze mensen te kijken naar bescherming van deze ‘natuurlijke rijkdommen’ en ze te gebruiken als bron van inkomsten op het gebied van toerisme. Dit wordt ‘gelukkig’ steeds beter begrepen en ook meer naar geleefd.

 

Inwoners

Het merendeel van de bevolking bestaat uit zwarte Afrikanen, maar er wonen ook Aziaten, Europeanen en Arabieren. De Masai, het bekendste volk van Kenia, vormen een etnische minderheidsgroep. Zoals eerder al beschreven zijn de Europeanen en Arabieren hier komen wonen tijdens verschillende periodes van bezetting van Kenia. Ongeveer 50% van de inwoners van Kenia is 18 jaar of jonger. Door dit hoge percentage jeugdige mensen is het erg lastig om voor goed onderwijs te zorgen voor al deze kinderen, waardoor er velen op de plantages of in fabrieken werken. Veel rijkdom van het land valt ten goede aan een heel klein percentage bevolking en dit zorgt ervoor dat veel mensen in armoede leven. Kawangware is een wijk aan de westzijde van Nairobi waarin deze armoede goed te zien is. In deze dichtbevolkte sloppenwijk wonen nu ruim 400.000 mensen. De bewoners van de sloppenwijken hebben onvoldoende toegang tot water, klinieken en scholen. Ze zijn steeds bang onder dwang uit hun huis gezet te worden, omdat ze plaats moeten ruimen voor infrastructuurprojecten zoals het Nairobi River Basin Programme.  De overheid heeft plannen om de sloppenwijken te verbeteren, maar doet tot nu toe veel te weinig om de onmiddellijke noden van de bewoners te lenigen en houdt geen rekening te houden met hun bezorgdheden bij het opstellen van de plannen.

Het land heeft een hele rijke cultuur die zo goed mogelijk in stand geprobeerd wordt te houden. Traditionele dansen worden er nog steeds opgevoerd voor toeristen. Toch staat Kenia veel bloot aan Westerse invloeden, zoals popmuziek en andere gebruiken.

 

Godsdienst

Een combinatie van invloeden die het land heeft ondergaan, heeft van het moderne Kenia een zeer gemêleerde samenleving gemaakt. Mensen van de meest uiteenlopende etnische groeperingen wonen en werken naast elkaar, met ieder een eigen taal en een eigen geloof.

Ongeveer tweederde van de Keniaanse bevolking belijdt een of andere vorm van christendom en is dan ook lid van een van de vele kerkgenootschappen. Rooms-katholieken vormen in aantal de belangrijkste groep (ca. 27%) en verder zijn er nog o.a. presbyterianen, anglicanen, baptisten, methodisten, quakers (ca. 38%). Er zijn ook nog vele niet-kerkelijke gemeenschappen, vaak afsplitsingen en nieuwe mengvormen van christelijke en traditionele godsdiensten met vaak maar één charismatisch leider.

De inheemse religies verschillen nogal per etnische groep, hoewel er vaak één of enkele goden een grote rol spelen. Bepaalde rites en tovenarij komen nog overal voor. Een grote rol bij alle gelovigen speelt nog steeds de voorouderverering. Via mediums, vaak medicijnmannen of stamoudsten, probeert men om met de voorouders in contact te komen en hulp te vragen. Naast een god die alles geschapen heeft, kent men nog vele goede en kwade geesten en demonen. Animisme met bomen en bergen als heilige plaatsen speelt ook nog steeds een belangrijke rol. De Kikuyu-religie concentreert zich rond de oppergod Ngai, die ook bij andere volken een grote rol speelt. Van Ngai wordt gezegd dat hij op de top van Mount Kenya leeft en er worden dan ook veel offers gebracht aan de voet van de berg.

Ongeveer 3% van de Keniaanse bevolking is moslim. De moslimpopulatie neemt snel toe en is in de laatste decennia verdubbeld. In het noordoosten bij de grens met Somalië en aan de kust wonen de meeste moslims, de afstammelingen van de Arabieren. De meeste Afrikanen van Arabische afkomst behoren tot de orthodoxe soennieten, de Aziatische moslims behoren vaak tot de sjiitische richting. De Lamu-archipel is nog zeer strikt in de islamitische leer. Het belangrijkste islamitische feest aan de Afrikaanse oostkust is het Maulidi-al-Nabin feest. Ook onder de Aziaten zitten nog moslims, evenals hindoes en sikhs.

 

De Reformed Church of East Africa (RCEA)

Zoals u op deze site al heeft kunnen lezen worden er sinds 2010 groepsreizen georganiseerd door de Hervormde gemeente van Barneveld naar Kenia. Zo zijn er door de jaren heen al een heel aantal kerken gebouwd door Barneveldse groepen. De kerken die gebouwd zijn behoren bij de RCEA (Reformed Church of East Africa). De familie Verstoep heeft jarenlang voor deze kerk gewerkt. Op die manier zijn we in contact gebleven met de mensen daar en groeit er een wederzijdse vriendschap tussen de Hervormde gemeente uit Barneveld en de RCEA. Hieronder leest u meer over de kerk RCEA.

Deze kerk in Kenia is ontstaan in 1944 toen een zendingscommissie van de Nederduitse Gereformeerde Kerk vanuit Zuid-Afrika in Kenia neerstreek. Ook een aantal boeren trok vanuit het zuiden tot Eldoret en stichtten daar de gemeente “Vergenoeg”. Langzaam maar zeker begon deze kerk te groeien, ook mede door de arbeiders uit Kenia die bij de Zuid-Afrikaanse boeren in dienst kwamen. De kerk kreeg steeds meer structuur met één keer per jaar een synodevergadering, een breed moderamen (Executive), een dagelijks bestuur (Office Bearers), een voorzitter (Moderator) en een algemeen secretaris, die voor vier jaar gekozen worden. Sinds 1963 heeft de GZB een relatie met de RCEA en door de vele activiteiten van de GZB is de zelfstandigheid van de kerk gegroeid. Inmiddels werkt de GZB al 49 jaar samen met de RCEA en is er sprake van een intensieve relatie op basis van wederkerigheid. De RCEA begon destijds met drie predikanten, waarvan één Keniaanse. Nu zijn er 80 predikanten en 40 evangelisten uit eigen land werkzaam. De kerk heeft 45 gemeenten, die elk meerdere lokale preekplaatsen hebben. Op meer dan 400 plaatsen komen mensen samen. De RCEA is altijd meer een plattelandskerk geweest, maar de laatste tien jaar is er meer aandacht gekomen voor de steden (Urban Ministries), waardoor de groei gestaag verder gaat. Een mooi voorbeeld daarvan is Geoffrey Mulongo, die als evangelist en kerkplanter in de hoofdstad Nairobi is gaan werken. Mede door zijn inspanningen is er in de enorme sloppenwijk Kawangware een RCEA gemeente ontstaan. De GZB heeft de laatste jaren het aantal werkers sterk teruggebracht en probeert steeds meer haar programma’s over te dragen aan Kenianen. De plaatselijke gemeenten moeten meer zelfstandig het werk gaan doen en ook financieel moet men leren minder afhankelijk te worden.